Top-100 Vestigingsplaatsen – Den Haag: ‘We willen snel veel bouwen, maar kantoren zijn lastig’

Den Haag zit ook in coronatijd krap in de kantoormeters. De gemeente wil meer en de ruimte is er, aldus EZ-wethouder Saskia Bruines. Nu is de markt aan zet.

Door Lizanne Schipper
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 5, 28 mei 2021

‘Dat de vraag naar kantoorruimte in Den Haag afgelopen jaar redelijk op peil is gebleven, valt me erg mee. We blijven krap in onze kantoormeters zitten, onder frictieleegstand. Anderhalf jaar geleden hebben we een urgentieprogramma opgesteld voor het realiseren van een dynamische planvoorraad van 200.000 m² kantoorruimte in het Central Innovation District (CID), de driehoek tussen onze drie treinstations. Daar zitten bedrijven het liefste. Dat metrage is tussentijds niet minder geworden.

We willen vrij snel veel bouwen, maar we zitten nog in de planfase. Kantoren zijn best lastig, die verhuur je meestal pas als ze worden gebouwd. Ontwikkelaars vinden woningen vaak interessanter. Woningen zijn prima, die zijn hard nodig, maar er moeten ook kantoren komen. Onze uitdaging is om de vierkante meters die we nodig hebben ook echt gerealiseerd te krijgen. Een van de concrete plannen is de bouw van twee Bellevue-torens bij het centraal station, met 28.000 m² kantoorruimte.

De laatste tien jaar hebben we in Den Haag veel bestaande kantoren getransformeerd. Er zijn nog wel wat verouderde kantoren aan de rand van de stad en in woonwijken, maar die zijn echt niet meer courant. Die krijgen een woonbestemming.

Voor de bedrijvigheid die we willen aantrekken, hebben we drie hoofdprofielen opgesteld. Rond het CS concentreren zich beleidsorganisaties en kenniscentra. Het gebied rond station Laan van NOI is een onontdekt pareltje, daar brengen we bedrijven bij elkaar die actief zijn in veiligheid en technologie. We zorgen als gemeente voor een netwerk van bedrijven, kennisinstellingen en overheid. Dat wordt gewaardeerd, merken we. Als derde ontstaat rond station Hollands Spoor en bij de Haagse Hogeschool een cluster van gemengde kantoorgebruikers.

Op het aangrenzende bedrijventerrein de Binckhorst groeit het impactcluster, met nieuwe maakbedrijven en stadsdistributiecentra. De ruwe, havengebonden bedrijvigheid en de industriële sfeer van dit gebied willen we behouden. Dat is ook superbelangrijk voor de stad en de werkgelegenheid, al is Den Haag natuurlijk geen echte industriestad. Dat gaan we ook niet worden, daar is geen ruimte voor.

Er zijn meer bedrijventerreinen in Den Haag, maar we hebben niet zo heel veel plek meer over. We moeten zuinig zijn op wat we hebben. Soms kan verdichting een oplossing bieden, dan kunnen we bijvoorbeeld de lucht in.

We zijn in deze stad hartstikke goed op weg met een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Daarbij hoort ook een goede woon- en leefomgeving, en die hebben we. Het is wel de kunst om dat in een periode van groei ook zo te houden.’