Het afgelopen kwartaal is het aantal verkochte woningen in Nederland flink toegenomen maar de stijging is grotendeels te verklaren door de verkoop van voormalige huurwoningen, meldt woningplatform Huispedia.
In het tweede kwartaal van 2025 werden 64.811 woningen verkocht: een stijging van 20% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Vooral appartementen deden het goed, met een verkoopgroei van 29,5%, en uitschieters boven de 35% in steden als Amsterdam en Utrecht.
‘Hoewel dit op het eerste gezicht positief lijkt, draagt het niet structureel bij aan een betere doorstroming van de vastgelopen woningmarkt’, zegt Maxim Bours, ceo van Huispedia. Hij ziet een tijdelijk effect dat naar verwachting tot 1 juli 2026 duurt. ‘Dan zijn alle bestaande tijdelijke contracten afgelopen, die vanaf 1 juli 2024 niet meer zijn toegestaan.’
Volgens hem ligt de sleutel bij het ontsluiten van een verborgen voorraad van ruim een half miljoen koopwoningen; bestaande woningen van mensen die wel willen verhuizen, maar hun woning niet durven aan te bieden zolang zij geen zicht hebben op een volgend huis.
Afbouwbeweging
De uitpondgolf heeft tijdelijk gezorgd voor extra aanbod. In juni stonden 79.000 woningen te koop, ruim 15% meer dan een jaar eerder. Bours: ‘Dit is een afbouwbeweging van het huursegment, geen duurzame toename van aanbod.’
De stijging van het aanbod heeft dan ook nauwelijks een verkoelend effect op de oververhitte markt. Bij zeven op de tien woningen wordt nog steeds overboden, gemiddeld met 5% boven de vraagprijs. Dat is zelfs iets meer dan in het voorgaande kwartaal. Prijsverlagingen blijven constant: bij één op de tien woningen wordt de vraagprijs naar beneden aangepast tijdens het verkoopproces.
Bours: ‘Er zijn 1,8 miljoen huishoudens actief op zoek naar een andere woning. Tegen zo’n grote vraag legt dit extra aanbod weinig gewicht in de schaal. Het beschikbare budget van kopers bepaalt nog altijd meer dan het aantal woningen wat er te koop staat.’
Verborgen aanbod
Volgens cijfers uit het Woononderzoek Nederland (2024) bezit een aanzienlijk deel van de woningzoekenden, ruim 500.000 huishoudens, zelf al een koopwoning. Die woningen zouden dus in principe beschikbaar moeten kunnen komen, maar blijven onzichtbaar. Woningeigenaren durven hun huis vaak pas te koop te zetten als ze zekerheid hebben over hun volgende stap.
‘Dat leidt tot een impasse’, stelt Bours. ‘Iedereen wacht op elkaar. Daardoor blijft een groot deel van het aanbod onzichtbaar, en stokt de doorstroming.’
Als dit aanbod zichtbaar wordt, ontstaat er volgens hem ruimte voor doorstroming, niet alleen op papier, maar ook in de praktijk. De oplossing zou liggen in het vooraf zichtbaar maken van de verhuiswens, zonder directe verkoopverplichting. ‘Geef mensen de mogelijkheid om hun woning te markeren als ‘open voor interesse’ , met richtprijs en voorkeurstermijn, maar zonder druk om meteen te verkopen. Zo ontstaat er eerder contact tussen vraag en aanbod, nog vóórdat het formele verkoopproces begint.’