Wetsvoorstel Betaalbare huur: meer en langer opslag op nieuwbouw en extra huurverhoging

Voor huurwoningen in het middensegment waarvan de bouw voor 2026 start, geldt een nieuwbouwopslag van 10%, blijkt uit het gewijzigde wetsvoorstel Betaalbare huur.

Dat betekent een verdubbeling van de eerder voorgenomen opslag. De opslag geldt niet maximaal tien jaar, maar zolang de regulering geldt. Woningen die voortkomen uit transformatie, optopping of andere vormen van uitbreiding komen ook in aanmerking voor de opslag. Ook wijzigt demissionair minister De Jonge voor Volkshuisvesting in het dinsdag gepubliceerde voorstel de zogenoemde WOZ-cap. Die geldt vanaf 187 punten, vijf punten meer dan eerder voorgenomen.

Bovendien wordt in het gewijzigde wetsvoorstel gekozen voor een ruimere jaarlijkse huurverhoging. De maximale huurprijsstijging in het middensegment bedraagt de gemiddelde stijging van de CAO-lonen plus 1%. Eerder was sprake een maximale verhoging van CAO plus een half procent. En bij de modernisering van het Woningwaarderingsstelsel (WWS) is sprake van een betere waardering van buitenruimte, sanitair en keuken.

Een huurwoning in het middensegment tot en met 186 WWS-punten gaat maximaal € 1.123 kosten. ‘De regulering zorgt ervoor dat meer mensen een betaalbare huurwoning kunnen krijgen met een huurprijs die past bij de kwaliteit van de woning’, aldus De Jonge. Door de combinatie van regulering van de middenhuur en het dwingend maken van het WWS is de inschatting dat de huur van ruim 300.000 woningen met gemiddeld € 190 omlaag gaat en het segment met 113.000 huurwoningen groeit.

De politieke vraag blijft of de wijzigingen voldoende zijn om het wetsvoorstel door Tweede en Eerste Kamer te loodsen. Juist bij de partijen die tot dinsdag met elkaar in gesprek waren over de vorming van een nieuw kabinet bestaat twijfel over de effectiviteit van de maatregel. Vastgoedpartijen waarschuwen voor afnemende bouwproductie en het massaal uitponden van huurwoningen door beleggers. BBB en VVD lijken daar gevoelig voor. De positie van PVV is onduidelijk. De Jonge noemt het ‘een reële verwachting dat een deel van deze woningen in de verkoop komt’, maar de verkoop verloopt geleidelijk. Daarbij ziet hij verkoop als een correctie ten opzichte van de afgelopen jaren. Opgekochte woningen de in de afgelopen jaren als te dure huurwoning zijn aangeboden komen dan beschikbaar als (betaalbare) koopwoningen.

img
Redacteur
Profiel