De vraag naar ruimte voor nieuwe bedrijvigheid groeit snel maar het aanbod op bestaande bedrijventerrein neemt omgekeerd evenredig af. Minister Karremans (Economische Zaken) onderstreept het belang van ruimte voor de Nederlandse economie.
In een Kamerbrief geeft Karremans een update over de voortgang van het programma Ruimte voor Economie. Met dit programma Ruimte voor de Economie en de Ruimtelijke Economische Visie richt het kabinet zich op het zorgvuldig omgaan met de ruimte voor economie en het behoud van vitale bedrijvigheid op bedrijventerreinen. Karremans: 'Een aantrekkelijk ondernemingsklimaat vraagt om voldoende plek om te werken, te innoveren en te groeien - op bedrijventerreinen, in havens, industriegebieden en op campussen. Het benutten van deze ruimte is een integrale opgave: we moeten economische ontwikkeling, de diverse ruimtevragers en onze leefomgeving in balans brengen.'
Grote vraagstukken
Tegelijkertijd constateert de minister dat de ruimte onder druk staat. 'De uitdagingen van onze leefomgeving hebben steeds meer impact op het bedrijfsleven. Of het nu gaat om stikstof, netcongestie, water, milieuruimte en de fysieke ruimte voor bedrijven. We zien dat de druk op ruimte toeneemt. Door grote vraagstukken, zoals onder andere woningbouw en energietransitie, kunnen bedrijven nog verder in de knel komen en ontbreekt het aan zekerheid om te investeren in (duurzame) economische activiteiten en productiviteit.'
Zo goed als uitverkocht
Karremans wijst erop dat er nog steeds bedrijventerreinen verdwijnen, terwijl de vraag naar ruimte voor economische activiteiten juist groeit. Op basis van prognoses over de vraag naar ruimte voor reguliere bedrijventerreinen zou het huidige areaal moeten toenemen met in ieder geval zo’n 6 tot 13,5%. Gelijktijdig droogt het beschikbare aanbod voor economie volledig op: in 8 van de 12 provincies is de ruimte voor bedrijven in 2030 zo goed als uitverkocht.
Technologiebrandpunten
Om te zorg dat wonen, werken en leven meer hand in hand gaan zijn er in het kader van het nationaal programma verschillende acties uitgezet. Zo is de pilot: ‘Meerjarenprogramma bovenregionale samenwerking technologiebrandpunten’ opgestart. Dit vierjarige programma biedt bedrijven, die in hun eigen regio niet verder kunnen groeien, de mogelijkheid om elders in Nederland een passende vestigingsplek te vinden.
Ervaringen uitwisselen
Om praktijkervaring op te bouwen en te delen, start een ‘Community of Practice’. Hierin wisselen minimaal vijf gemeenten verspreid over Nederland gedurende een jaar kennis en ervaringen uit over de ontwikkeling van een omgevingsprogramma ’ruimte voor economie’.
Aanpassingen aan BIZ
Om beter aan te sluiten bij de praktijk, wordt nu onder meer onderzocht of de maximale looptijd van een Bedrijveninvesteringszone (BIZ) kan worden verlengd van vijf naar tien jaar. Dit biedt ruimte voor langjarige investeringen en vermindert de administratieve lasten voor ondernemers en gemeenten. Daarnaast wordt bekeken of een BIZ zonder nieuwe draagvlakmeting kan worden voortgezet, zolang de BIZ ongewijzigd blijft. De BIZ maakt het mogelijk om, met instemming van een meerderheid van de ondernemers, via een gemeentelijke verordening een belasting op te leggen waarmee gewerkt kan worden aan veiligheid, uitstraling en economische vitaliteit in winkelgebieden en op bedrijventerreinen. Uit de praktijk blijkt echter dat het opstarten, verlengen en uitvoeren van een BIZ nu nog vaak als complex, administratief en tijdrovend wordt ervaren.
Beter benutten
Om te experimenteren met een integrale aanpak, Tenslotte faciliteert het Rijk één pilot per provincie voor het beter benutten van bedrijventerrreinen. Daarbij wordt geëxperimenteerd met een integrale aanpak, waarbij een ondernemersgerichte aanpak zorgt voor koppelkansen op maatschappelijke thema’s. In een constructieve samenwerking provincies wordt in 2026 begonnen met de eerste pilotbedrijventerreinen.
Charmeoffensief
Cees Jan Pen, Lector Duurzame Stedelijke Transformatie Fontys Hogeschool Economie en Communicatie is blij met de 'voortvarendheid' en 'ondernemerschap' van Karremans. Pen: 'Er komt een waar charme-offensief rond de bedrijveninvesteringszones en de regels worden verruimd om de verduurzaming van bedrijventerreinen te versnellen. Dit is een stap om de ondermaatste organisatie en samenwerking op bedrijventerreinen op orde te krijgen. Als de Minister verder door wil pakken met investeren in het verbeteren van het vestigingsklimaat is het allereerst zaak, naar aanleiding van de Kamerbrief over de BIZ, om met de Tweede Kamer in debat te gaan over het advies ‘Samen werken: kiezen voor toekomstbestendige bedrijventerreinen’ Hopelijk komt het Rijk, zoals ik in een recente post over steun nu ook snel met een opknapfonds duurzame bedrijventerreinen. Dit is hard nodig om ervoor te zorgen dat ruimte op bestaande terreinen beter, slimmer en intensiever wordt benut.'
