Column Tom Berkhout: Kieswijzer voor vastgoed en bouw: VVD mwah, SP mwah

De verkiezingsprogramma’s van VVD en SP lezen als politieke sprookjes, vindt columnist Tom Berkhout.

Verkiezingsprogramma’s zijn de menukaarten van de democratie: veel beloven, weinig of wat anders uitserveren, en uiteindelijk een forse rekening presenteren. Zeker als het om wonen, bouwen en vastgoed gaat. VVD en SP, van oudsher twee tegenpolen, presenteren zich als de redders van de woningzoekende, maar bij nadere lezing zijn hun programma’s vooral een oefening in wensdenken, politieke marketing en ouderwetse ideologische borstklopperij. Maar ja, ‘je moet wat’, en daarom wordt een fijnmazig net met veel goede voornemens uitgeworpen om maar zoveel mogelijk kiezertjes in de fuik te laten zwemmen.

De SP pakt uit met ouderwets flinkse taal in haar programma met – dat moet gezegd – de pakkende titel ‘SuperSociaal’. Ze laten ‘het oude systeem achter zich’, waarin ‘beleggers de dienst uitmaken en betaalbaarheid verdwijnt’. Ze ‘zetten de markt buitenspel’ met duidelijke regels en publieke regie. Huurders krijgen de macht. Huisjesmelkers worden ‘aangepakt’. Huizen zijn niet voor de winst, maar voor mensen om in te wonen. Ze zorgen voor één miljoen ‘extra betaalbare’ woningen met een maximale huur van € 800. Beleggers eruit, huren bevriezen, wooncoöperaties erin. Plus een Nationaal Woonfonds van € 30 mrd, gefinancierd uit de staatsschuld. Hoe het allemaal gebouwd moet worden? Niet duidelijk. Maar het klinkt goed. Een miljoen huizen extra? Prima plan – als je ergens nog een paar bouwvakkers, vergunningverleners en stikstofrechten op voorraad hebt liggen. Een zinnig idee is de hypotheekrenteaftrek af te bouwen, niet ‘versneld’ zoals de SP schrijft, maar in 25 jaar.

En de VVD dan? De partij die de afgelopen regeringsjaren niets substantieels heeft gedaan of bereikt voor de sector? Die wil ‘Sterker uit de storm’ komen en heeft een wel héél verrassende oplossing: bouwen voor harde werkers! Er moet ‘eindelijk’ weer ruimte gegeven worden aan de markt. ‘Wij kiezen voor meer regie, meer doorstroming, meer huizen, maar minder regels.’ Schrappen, schrappen, schrappen: de Wet betaalbare huur, de lokale zelfbewoningsplicht en het verbod op tijdelijke contracten. Het STOER-programma wordt doorgezet. De VVD gaat strijden voor meer huurhuizen. Huurders komen in het programma nauwelijks voor, behalve als stille figuranten in het decor van de vrije sector. Ze willen snel box 3 eerlijk hervormen, omdat niet uit te leggen is dat verhuurders een negatief rendement hebben. De hypotheekrenteaftrek wil de VVD behouden. Kort gezegd: de VVD biedt een blauwdruk van marktoptimisme – minder regels, meer markt, en de heilige hypotheekrenteaftrek.

Beide kampen onderschatten hoe weerbarstig de werkelijkheid is. Beide partijen willen bouwen. Veel bouwen. Maar wie even nadenkt over de problemen die de sector al jarenlang teisteren (bouwcapaciteit, stikstof, vergunningen, arbeidsmarkt, fiscaliteit) weet dat dit voornemen wensdenken is.

De VVD denkt dat het wel goed komt met weinig overheidsbemoeienis, wat regels schrappen, ondernemers en hardwerkenden niet in de weg lopen. Dit alles klinkt veel beleggers, ontwikkelaars en bouwers misschien als muziek in de oren. Maar waarom nu pas, VVD, na zoveel regeringsjaren? Komen ze wel ‘sterker uit de storm’ die ze zelf veroorzaakt hebben door met de PVV in zee te gaan? Waarom gaat het nu wel lukken?

De SP gelooft dat je met een fonds en wat wetten de betonmolens aan het draaien krijgt. In werkelijkheid is bouwen een complexe keten die visie, coördinatie en jarenlange inzet vereist – iets wat beide programma’s gemakshalve overslaan. Onteigenen van landbouwgrond voor woningbouw? Dat thema wordt angstvallig vermeden door beide partijen.

De verkiezingsprogramma’s van VVD en SP lezen als politieke sprookjes, waarbij zoveel mogelijk kiezers gelokt moeten worden. Nu nog de uitvoering en de financiering in coalitieland. De vastgoed- en bouwsector kan niet bouwen of vertrouwen op verkiezingspropaganda, maar heeft behoefte aan voorspelbaar beleid, heldere kaders en langetermijncommitment. Een programma is maar een programma. In een coalitie telt wat overblijft na het handjeklap. Daarom is het voor de sector cruciaal om te blijven vertrouwen op eigen professionalisme, creativiteit en ondernemerschap – dat levert op termijn meer op dan wachten op Haagse daden.

Prof. dr. T.M. Berkhout MRE MRICS is verbonden aan de Nyenrode Business Universiteit

 

Laatste nieuws

Evenementen