Debat: Provincies moeten steviger sturen op winkels in periferie

Toevoeging van nieuwe vierkante meters winkels buiten de binnensteden is geen goed idee, daarover waren de meeste deelnemers aan het debat over de winkelmarkt het wel eens. PropertyNL organiseerde samen met de NRW aan de vooravond van de provinciale verkiezingen een debat in Nieuwspoort.

Toevoeging van nieuwe vierkante meters winkels buiten de binnensteden is geen goed idee, daarover waren de meeste deelnemers aan het debat over de winkelmarkt het wel eens. PropertyNL organiseerde samen met de NRW aan de vooravond van de provinciale verkiezingen een debat in Nieuwspoort.

Door Ronald de Blauw
Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 3, 20 maart 2015

De voorzitter van Inretail, Jan Meerman, trapte af met een prikkelende stelling: het provinciale retailbeleid heeft gefaald en het gezag moet terug naar de overheid. Hij pleitte zelfs voor de herinvoering van de zogenaamde rijksconsulenten, die vroeger provincies bijstonden bij het opstellen en uitvoeren van visie en beleid op dit terrein. Mild was hij echter over Zuid-Holland en Noord-Brabant, die de laatste jaren een restrictief beleid voeren, wat bijvoorbeeld heeft geleid tot een streep door de outlet bij Zoetermeer, de megamall in Tilburg en recent een nieuwe vestiging van Decathlon op bedrijventerrein Forepark in Den Haag. Maar verder was zijn oordeel hard. ‘Het laatste decennium is een kwart bijgebouwd en op dit moment bestaat er een overschot van 1,7 mln m². Overal zijn dezelfde winkelcentra verschenen met dezelfde ketens en ondertussen leggen steeds meer mkb’ers het loodje. De komende jaren zal 30–40% van de ondernemers onderuit gaan. Het tij moet worden gekeerd door kansarme winkelgebieden te schrappen en de krimp te organiseren.’

Volgens Maarten van Lit van LMBS Retail moeten we de markt zijn werk laten doen, in plaats van meteen in te grijpen. Als voorbeeld noemt hij Stadshart Lelystad. ‘Toen dat gebouwd werd, wilden meer huurders zich hier vestigen dan er ruimte was en ook beleggers wilden investeren. Nu staat de markt er anders voor, maar moet dat reden zijn voor de overheid om direct in te grijpen?’

Veel tijd nodig
Maar de markt heeft veel tijd nodig om problemen zoals winkelleegstand en verpaupering op te lossen, misschien wel 40 of 50 jaar, aldus Meerman. Hij is ervan overtuigd dat hulp daarbij nodig is en dat iedereen moet meebetalen. Hij constateert dat Batavia Stad de binnenstad van Lelystad kapot heeft gemaakt. ‘Dat ligt misschien niet alleen aan het outlet center, maar ook aan de ondernemers zelf. Maar feit is dat een outlet op grote afstand niet leidt tot meer bezoekers aan het centrum. Alleen in Roermond werkt het, maar de outlet grenst hier echt aan de binnenstad.’

In de optiek van Rick Zijderveld, accountmanager retail bij gemeente Den Haag, is het teveel aan meters op zich niet het probleem, maar dat er niet de juiste keuzes worden gemaakt. Dat heeft Den Haag 25 jaar geleden al gedaan. Zo is het aantal winkelcentra in Zuidwest teruggebracht van 27 tot 7. Volgens Zijderveld hoeft de gemeente daarvoor geen ondernemers uit te kopen, het bestemmingsplan is als instrument krachtig genoeg. ‘Het begint met visie en de juiste plannen. De visie van de provincie is op dit moment heel kortzichtig; ze sturen eenzijdig op vierkante meters en kijken niet naar de kwaliteit.’ Hij doelt daarbij op de plannen voor de nieuwe Decathlon, in de optiek van de gemeente geen gewone winkel, maar een compleet concept en een aanwinst voor de stad.

Probleem Megastores eerst oplossen
Frank van Blokland, voorzitter van IVBN, is juist totaal geen voorstander van zo’n winkel op een perifere locatie. ‘De komst van een vestiging van deze omvang moet je inzetten om problemen in de bestaande winkelvoorraad op te lossen, zoals bij Megastores Haaglanden.’ Dit Haagse winkelcentrum kampt met een leegstand van ongeveer 30%. Van Blok ziet liever geen toevoeging van nieuwe meters, maar herontwikkeling van bestaande centra. Vooral wijkwinkelcentra zullen ten onder gaan als die niet stevig op de schop gaan. ‘Bij perifere detailhandel moet je geen andere functies toestaan en ook nieuwe FOC’s zijn niet gewenst. Alleen in het centrum van een beperkt aantal steden moet ruimte blijven voor nieuwe winkels; daarbuiten moet de markt op slot.’

Andere belangen
Probleem is dat gemeenten vaak ook een ander belang hebben, stelt Frits op de Haar, kandidaat voor D66 in Gelderland. In de Waalsprong kampt de gemeente Nijmegen met een fors exploitatietekort en dan is de neiging groot om grond uit te geven aan voor de binnenstad onwenselijke functies. ‘Versterking van de binnenstad is noodzakelijk, maar dit is lastig te managen omdat er veel verschillende eigenaren zijn.’
Tijdens het debat bestaat consensus over het feit dat gemeenten het niet alleen voor het zeggen moeten hebben; sturing vanuit provincie blijft noodzakelijk. Albert Hoogland, voorzitter van de NRW: ‘Het is nu of nooit voor de provincie om actief beleid te gaan voeren. Voorwaarde is wel dat ze de juiste kennis in huis hebben en ze moeten zich niet gaan bemoeien met details, zoals uitbreiding van kleine supermarkten.’

Shoppen in binnenstad
Uit onderzoek blijkt dat de consument nog altijd een voorkeur heeft om te shoppen in de binnenstad. Dan gaat het ook om vermaak en horeca. Volgens Jeroen Lokerse van Cushman & Wakefield biedt de historische binnenstad voldoende flexibiliteit en is er nog veel winst te behalen. ‘Gemeenten hebben uiteindelijk hetzelfde belang als provincies, en dat is het gezond houden van de bestaande winkelgebieden.’
Boris van der Gijp, directeur strategy & research bij Syntrus Achmea, sluit de discussie af met zijn pleidooi voor meer creativiteit bij het versterken van de binnensteden. Er moet ruimte komen voor initiatieven om die aantrekkelijker te maken en bestemmingen moeten hier flexibel worden. ‘En we moeten kijken naar de consumentenvoorkeuren. In dat opzicht is nog veel te leren van de outlet centra, die heel goed met de klant weten om te gaan.’