Column Eric de Clercq Zubli: Waanzin

Mijn buurvrouw is een gescheiden moeder met twee dochters die met elkaar tijdelijk op de zolderkamer van het huis naast ons wonen.

Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 12, 17 december 2021

Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 12, 17 december 2021

Deze kamer moeten ze de komende maand verlaten; bezetting met één student blijkt namelijk veel rustiger voor onze buurman. Ze is wanhopig, want er is geen enkele woonruimte voor haar.

Ze staat bij de voordeur wanneer ik op het punt sta in de auto te stappen om op weg te gaan naar de Provada en vraagt of ik er veel zin in heb. Ik bevestig dat en zeg haar dat onze wereld toch erg veranderd is de afgelopen jaren en dat ik dat vandaag zeker zal ervaren.

Bij binnenkomst zie ik bovenal blije, enthousiaste, bellende en netwerkende jonge mannen in blauwe pakken met bruine schoenen. Heerlijk, het voelt als het eerste uitje na de verplichte thuiswerktijd, het voelt als een heuse sociëteitsborrel na terugkeer van de zomervakantie.

En daarnaast de goed uitgeruste, kostbare maar ook vaak duurzame stands van het beste wat de Nederlandse vastgoedmarkt te bieden heeft. Stands die worden gebruikt door bedrijven om zichzelf te laten zien, en om met elkaar eindelijk weer gezellig een biertje te drinken.

Terwijl ik rondloop, merk ik dat veel gesprekken gaan over hoe het was tijdens de lockdown, welke beperkingen die ons gebracht heeft, hoe het voelde om je collega’s en vastgoedvrienden niet te zien, en natuurlijk hoe het nu in onze florerende business is. En bovenal blijheid over het samenzijn en dat we eindelijk weer handen kunnen schudden. Iedereen is verheugd dat we er nu weer vol gas tegenaan kunnen gaan, voor nu dan wel, want komende week kan het natuurlijk weer anders zijn.

Maar een enigszins onbehaaglijk gevoel bekruipt me toch. Wat gebeurt hier nu eigenlijk, waar ben ik onderdeel van? Is dit een feestje van de vastgoedsector? Met stands van bedrijven die elkaar toch al heel goed kennen? In welk feestje loop ik rond? Ik bemerk een gevoel van twijfel, een gevoel van ongepaste aandacht voor succes; hoe rijm ik dit met de wereld buiten dit feestterrein?

Ik denk aan mijn buurvrouw; zij is de verpersoonlijking van de enorme wooncrisis waarin wij in dit land zijn beland. Alle stakeholders in dat proces zijn hier aanwezig. Wat een geweldige kans om met elkaar dit veruit belangrijkste nationale thema te agenderen, en met elkaar te brainstormen om vervolgens met een allesomvattend advies te komen voor de formatietafel. Rijksoverheid, regio’s en gemeenten, ontwikkelaars, bouwers, adviseurs: iedereen staat hier bij elkaar. En dan geen stands, geen borrels, geen feest; enkel een podium voor in strak tempo georganiseerde ronde tafels om daarmee de juiste en meest werkbare ideeën te bedenken, te bedenken wat nu het beste is voor Nederland, de visie te ontwerpen voor ons woonlandschap voor de komende 20 jaar. Hadden wij dit als sector juist nu niet moeten doen, ligt daar niet onze verantwoordelijkheid? Het lijkt ineens een enorm gemiste kans, op zijn minst.

Vanuit deze groep hadden we ook verder kunnen gaan dan op dit punt louter wijzen naar de overheid als hoofdschuldige, daarbij zelfs verwijzend naar persoonlijke kenmerken van onze ministers, hadden we publiekelijk onze verantwoordelijkheid kunnen oppakken. En dat had Den Haag en ook zeker de pers opgepakt, die er vervolgens gloedvol over had geschreven.

In grote verwarring rijd ik terug naar huis. Welke verhouding heeft onze sector nog met de realiteit van de straat, de realiteit van de mensen die niet meer kunnen wonen, de mensen die daardoor in het nauw zijn gekomen? En waar is ons verhaal van het eerlijke recht op een dak boven ieders hoofd gebleven? Wij zouden het voorbeeld moeten geven.

Bij thuiskomst staat de buurvrouw op de stoep. Ze vraagt mij of het zin heeft gehad. Ik kan haar vraag niet goed beantwoorden, weet namelijk niet meer welke zin ik daarbij moet benoemen.

Eric de Clercq Zubli, voormalig ceo van JLL, is grondlegger van Fountainheads