Stations blijven van NS en ProRail

DEN HAAG - De 410 stations in ons land blijven eigendom van ProRail en NS. Dat heeft staatssecretaris Wilma Mansveld (Infrastructuur) woensdag aan de Tweede Kamer laten weten. Ze had hiernaar onderzoek laten doen in het kader van haar langetermijnplannen voor het spoor.

DEN HAAG - De 410 stations in ons land blijven eigendom van ProRail en NS. Dat heeft staatssecretaris Wilma Mansveld (Infrastructuur) woensdag aan de Tweede Kamer laten weten. Ze had hiernaar onderzoek laten doen in het kader van haar langetermijnplannen voor het spoor.

Er is onder meer onderzocht wat de gevolgen zijn als de stations worden ondergebracht bij commerciële partijen, regionale overheden of volledig in handen komen van ProRail. Daaruit blijkt dat verkoop van stations aan een commerciële partij de NS en ProRail vele miljoenen gaat kosten. De Staat is de enige aandeelhouder van ProRail en de NS.

Op basis van het onderzoek ziet Mansveld 'geen aanleiding om nu over te gaan tot een wijziging in de positie van partijen op stations'. Gezien de 'vergaande financiële gevolgen' en een eerder onderzoek waaruit blijkt dat er geen klachten zijn over de machtspositie van de NS is een wijziging van de eigendomsverhoudingen 'niet proportioneel', aldus de bewindsvrouw.

Ook wijst het rapport erop dat bij overgang naar de markt de publieke voorzieningen van de stations zoals wachtruimtes en toiletten onder druk komen te staan. Deze potentiële nadelen sterken Mansveld om haar gekozen beleid voort te zetten. In haar plannen voor het spoor tot 2025 is afgesproken dat de NS en ProRail de kwaliteit van de dienstverlening op de stations en de voorzieningen de komende jaren verbeteren.

Vervoersbedrijven Veolia, Arriva, Connexxion en Syntus stelden in een reactie op het conceptrapport dat de voordelen die de NS heeft vanuit zijn machtspositie op de stations onvoldoende belicht zijn. De voordelen van afsplitsing zouden verder onvoldoende bekeken zijn en de nadelen te groot worden voorgesteld. Op 125 stations rijden alleen deze NS-concurrenten en op 27 stations stoppen zowel NS als deze regionale vervoerders.