IVBN verwacht nu politieke druk op corporaties

De Parlementaire Enquêtecommissie beveelt aan om de taken van woningcorporaties wettelijk te begrenzen tot wat als de klassieke kerntaak wordt beschouwd: het zorgen voor de huisvesting van mensen die daar niet zelfstandig toe in staat zijn.

De Parlementaire Enquêtecommissie beveelt aan om de taken van woningcorporaties wettelijk te begrenzen tot wat als de klassieke kerntaak wordt beschouwd: het zorgen voor de huisvesting van mensen die daar niet zelfstandig toe in staat zijn.

Bestaande niet-DAEB-activiteiten moeten verantwoord worden afgebouwd. De Enquêtecie stelt nadrukkelijk ‘geen commerciële avonturen meer.’

IVBN verwacht nu dat de politiek zal gaan afdwingen dat de corporatiesector zich voortaan inderdaad primair gaat richten op de sociale kernvoorraad, waar immers nog gigantische opgaven liggen in de stadvernieuwing, sloop en renovatie, energiebesparing van bestaande sociale huurwoningen, meer huurwoningen voor lagere inkomens, zowel voor ouderen die zorg nodig hebben als voor één en tweepersoonshuishoudens. Het advies van de Enquêtecie betekent ook dat de huidige ingewikkelde novelle en AMvB aanzienlijk simpeler kan.

Mocht de politiek (ondanks de duidelijke lessen van de Enquêtecommissie) toch nog steeds commerciële activiteiten aan corporaties willen toestaan, zal dat in ieder geval volstrekt transparant en alleen nog in een afgesplitste juridische eenheid moeten kunnen plaatsvinden. Een administratieve scheiding is volgens IVBN volstrekt onvoldoende. Aangezien corporaties met maatschappelijk bestemd vermogen werken en staatssteun ontvangen, zal over (eventuele!) commerciële activiteiten van corporaties in volle omvang per project separaat en extern moeten worden gerapporteerd: hoeveel vermogen werd in het project gestopt; welk rendement en welk risico worden er gelopen en vooral welk resultaat levert het project op en is dat dan marktconform.

Na de verzelfstandiging van woningcorporaties midden jaren negentig gingen veel corporaties, naast hun kerntaak, óók commerciële activiteiten ontwikkelen, echter zonder tucht van de markt. Een corporatiedirecteur kon toen gemakkelijk ondernemer spelen vanuit een overmaat aan maatschappelijk bestemd vermogen, borging van leningen, goedkope grond en vooral door het ontbreken van zowel intern als extern toezicht. Dat is volgens IVBN de achtergrond van het drama dat zich de afgelopen jaren in de corporatiesector heeft voltrokken.

In 2007 diende IVBN een klacht in bij de Europese Commissie in Brussel wegens oneerlijke concurrentie en marktverstoring met commerciële activiteiten door de toen al dominante woningcorporaties. IVBN had zowel in de sector als bij meerdere ministeries, maar vooral ook bij de politiek daar aandacht voor gevraagd. De politiek wilde toen echter niet ingrijpen. Uiteindelijk heeft de Europese Commissie ervoor gezorgd dat er eind 2009 een doorbraak kwam op het corporatiedossier. De Parlementaire Enquêtecie adviseert nu volstrekt duidelijk aan de politiek: ‘geen commerciële activiteiten meer’.