Demissionair Woonminister Hugo de Jonge kan opgelucht ademhalen; zijn voorstel om een deel van de (te hoge) huren in de vrije sector te reguleren lijkt op steun van de PVV te kunnen rekenen. Daarmee ontstaat in de Tweede Kamer een meerderheid voor de Wet betaalbare huur.
PVV-kamerlid Barry Madlener, woordvoerder Volkshuisvesting ‘denkt’, zo verklaarde hij in het Kamedebat eerder deze week, dat zijn factie zal instemmen. Een formeel besluit daarover moet nog wel worden genomen.
De Wet betaalbare huur zorgt voor stevige verdeeldheid binnen de vier partijen die met elkaar onderhandelen over een nieuw regeerakkoord. BBB en VVD zijn mordicus tegen het voorstel. Zij menen dat (particuliere) beleggers door de nieuwe regelgeving nog maar zo weinig rendement kunnen maken, dat ze -ook na belastingmaatregelen (Box 3) en een hogere overdrachtsbelasting- worden aangemoedigd hun bezit te vervreemden, waardoor die toch al kleine vrije huursector nog verder zal afkalven. Zij bevinden zich in gezelschap van Forum voor Democratie en Ja21.
NSC twijfelt nog of de wet kan worden gesteund, al toonde de partij van Pieter Omtzigt zich in haar verkiezingsprogramma voorstander van verdere regulering van de huursector. PVV wil nu uit oogpunt van bestaanszekerheid voor mensen met een middeninkomen regulering toestaan, mits de positie van beleggers niet nog verder wordt verslechterd. Samen met PvdA-GroenLinks, D66, SP, CDA, Partij voor de Dieren, Volt en de ChristenUnie is er een meerderheid van 89 zetels.
Het puntensysteem, dat nu alleen geldt voor huurwoningen in de sociale sector tot een huur van € 880, gaat in het voorstel van De Jonge ook gelden voor huurwoningen in de vrije sector tot een huur van € 1.123 euro en voor nieuwbouw tot € 1.235. Pas bij meer dan 186 WWS-punten is de hoogte van de huur vrij. Met name van oude, kleine, slecht geïsoleerde woningen zonder buitenruimte gaat de huur omlaag. Het systeem moet op termijn 300.000 huurders gemiddeld €190 per maand gaan schelen.
