Vastgoed van waterschappen weer tot leven brengen

Het belang van de waterschappen wordt steeds minder onderkend door de ingezetenen. Het herpositioneren van in ongebruik geraakt vastgoed naar een publieke functie moet de rol van de watermanagers weer scherper op het vizier krijgen.

Gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 3, 22 maart 2024

Een erfgoedhuis, woonplek voor kunstenaars of juist een hotel? De Delftse erfgoedadviseur/ontwikkelaar Coup onderzocht voor Waterschap Rivierenland de haalbaarheid van verschillende nieuwe functies voor het eeuwenoude Waardhuis in Kinderdijk. Het pand moet een maatschappelijk relevante functie met een openbaar karakter krijgen.

Denkend aan Holland

Het Waardhuis van Waterschap Rivierenland aan de Molenstraat 238 in Kinderdijk bevindt zich op een prominente locatie, recht tegenover de beroemde molens, en maakt net als de molens deel uit van het Unesco Werelderfgoed Kinderdijk. Vroeger diende deze plek als locatie voor belangrijke vergaderingen van het waterschapsbestuur. Ook de dijkbewaking werd van hieruit aangestuurd. De oudste delen dateren van 1581, in 1644 kreeg het pand een bestuurszaal die nog altijd bestaat. Het zou toen nog een eeuw duren voor de iconische molens zouden verrijzen.

Tegenwoordig wordt het souterrain gebruikt als kantoor van Stichting Werelderfgoed Kinderdijk, maar de rest van het Waardhuis en het dijkmagazijn staan sinds het vertrek van het waterschap het grootste deel van het jaar leeg. Coup onderzocht voor het waterschap de haalbaarheid van verschillende nieuwe functies. ‘Alles aan het pand en de locatie ademt het bekende gedicht Denkend aan Holland’, vertelt Gijs Schuurhuis, partner bij Coup. ‘Rivierenland heeft echt in de gaten dat ze met het Waardhuis over een heel bijzonder stuk erfgoed beschikken. Daarom zorgen ze er ook goed voor. Ze zijn alleen zo gefocust op hun core business dat ze minder een beeld hebben van een toekomst voor het erfgoed.’

Position paper

Coup schreef in opdracht van en in samenwerking met het waterschap het position paper Watererfgoed om de koers te bepalen. Een flinke kluif, want Waterschap Rivierenland is actief in maar liefst vier provincies; Utrecht, Gelderland, Zuid-Holland en Brabant. In het position paper zijn de contouren geschetst van hoe om te gaan met objecten die geen waterstaatkundige werking meer hebben. Per provincie zijn twee zoetwaterparels aangewezen, bijzondere erfgoedobjecten die in het position paper zijn uitgelicht en voor alle waterschappers tot de verbeelding spreken.

Coup is al een paar jaar terug in de wereld van de waterschappen gedoken, vertelt Schuurhuis. ‘Het is de oudste democratische bestuurslaag in ons land en tegelijkertijd voor de buitenwereld een tamelijk gesloten bastion, maar wel één met een steeds grotere footprint in ons landschap. Waterschappen zijn van oudsher niet van het transformeren van hun vastgoed. Als ze bijvoorbeeld een nieuw gemaal plaatsen, zetten ze dat gewoon naast het oude.’

Beleefbaar maken

De toenemende aandacht voor wateroverlast en watermanagement zorgde ervoor dat de toenmalige staatssecretaris zo’n zeven jaar geleden een oproep deed aan de waterschappen om meer oog te hebben voor de rol die watervastgoed kan spelen om het waterverhaal beleefbaar te maken. Schuurhuis: ‘Het is een relatief onontgonnen terrein en de waterschappen moeten er echt wel een organisatorische slag voor maken. Het is nog niet helemaal bekend om hoeveel objecten het gaat in heel Nederland, maar conservatief ingeschat kun je ervan uitgaan dat alle 21 waterschappen gemiddeld zo’n 20 panden in hun verzorgingsgebied hebben staan die je mogelijk zou kunnen transformeren.’

Bij een aantal waterschappen is de uitdaging al opgepakt, bijvoorbeeld bij HHNK in Noord-Holland. Daar zijn de drie monumentale dijkmagazijnen getransformeerd tot twee guesthouses in Scharwoude en Medemblik en een educatief centrum in de Wieringerwerf. ‘Voor waterschap Stichtse Rijnlanden hebben we een haalbaarheidsstudie verricht. Om gericht aan de slag te gaan, is een duidelijke visie van belang: welke objecten zitten er in je portefeuille en hoe kijk je daar naar?’

Miljoen bezoekers per jaar

Ook bij Rivierenland, dat meer dan 750 jaar geleden als eerste waterschapsbestuur in het rivierengebied werd opgericht, zijn eerst alle objecten met een cultuurhistorische en monumentale functie in kaart gebracht. ‘Vervolgens is dan de vraag of herbestemming überhaupt mogelijk is. Het gaat vaak om panden die vroeger echt een waterstaatkundige functie hadden, en die nog steeds met hun voeten in de dijk staan. In het kader van de waterveiligheid zullen de waterschappen niet zomaar een stuk dijk gaan verkopen. Daarom zijn ze ook lang zoekende geweest. Hun kerntaak is zorgen dat mensen droge voeten houden. Ten aanzien van hun vastgoed zijn ze óf een beheerder – waarbij ze zelf de verhuur ter hand nemen – óf ze verkopen het, in de vorm van erfpacht of recht van opstal.’

Bij de wens om het watererfgoed zichtbaar te maken is een culturele onderneming volgens Schuurhuis in veel gevallen een logische invulling. ‘Maar je moet ook kijken naar de omgeving waarin een gebouw staat. Wat staat er nog meer op de locatie en hoe is het met de bereikbaarheid? Ongeveer een miljoen mensen per jaar brengen een bezoek aan het Unesco werelderfgoed Kinderdijk. In het geval van het Waardhuis ligt het voor de hand dat je van een gesloten functie naar een meer openbaar toegankelijk gebouw gaat.’

Artists in residence

Coup bedacht drie concepten voor het voormalige bestuursgebouw van het waterschap: het Erfgoedhuis, waarbij ook andere organisaties op het gebied van (water)erfgoed het pand gaan gebruiken met horeca in het naastgelegen dijkmagazijn, een kunstenaarshuis waarin een of meerder artists in residence kunnen verblijven of een hotel met vijftien kamers. Schuurhuis: ‘Dit laatste concept is op voorhand wat minder positief ontvangen, omdat er eigenlijk wordt gezocht naar een eindgebruiker met een sociaal-maatschappelijke doelstelling. Tegelijkertijd geldt dat nog geen van de scenario’s definitief is vastgesteld of afgeschoten.’

Het waterschap heeft ervoor gekozen om met Coup een vervolg te geven aan het herbestemmingstraject voor het Waardhuis en het naastgelegen dijkmagazijn. ‘We willen graag doorpakken met een gedegen planproces. Daarbij gaan we nu al het participatietraject vormgeven met omwonenden, partners als de Stichting Werelderfgoed Kinderdijk en de Rijksdienst voor het Cultureel Ergoed en andere deskundigen. Na de zomer wil het bestuur van Rivierenland komen tot een keuze voor de toekomst van de panden, in samenhang met de nieuwe publieksruimtes in het recent verbouwde JU Smit gemaal.’